Roken

Roken

Hout is een geschikte grondstof voor recycling. Bewerking van hergebruikt hout behoeft weinig energie, laat zich makkelijk bewerken, is qua gewicht relatief licht en in grote hoeveelheden beschikbaar. Deze positieve eigenschappen maken de duurzame karaktervolle grondstof hout geschikt voor een tweede leven.

Oude eiken balken die bij de sloop van vervallen boerderijen en/of stallen vrijkwamen bleken tijdens verwerking donker van kleur te zijn. Uit onderzoek kwam naar voren dat het ammoniak, aanwezig in ontlasting van de staldieren, reageert met de aanwezige looizuren in het eikenhout. Het gevolg van deze reactie is een donkere verkleuring van het hout. Deze donkere houtkleur is geliefd, de industrie speelt hierop in en bootst deze donkere kleur na door middel van roken.

Houtsoorten die inhoudsstoffen zoals tannine, in de volksmond looizuur genoemd, bevatten worden na behandeling met een basisch materiaal donker gekleurd. Tannine is een zuur dat in enkele houtsoorten voorkomt, het beschermt hout tegen insecten en aantasting door bacteriën. Het groeigebied, klimaat en bodemgesteldheid zijn bepalend voor de hoeveelheid en soort inhoudsstoffen die het hout bevat. De aanwezige hoeveelheid inhoudsstoffen die reageren zijn, naast blootstellingsduur aan het basische materiaal, bepalend voor de intensiteit van de verkleuring. Hoe hoger het aandeel reactieve stoffen des te donkerder kleurt het hout. Hetzelfde geldt voor de duur van de chemische reactie, hoe langer de reactie des te donkerder wordt de kleur. Er zijn afwijkingen mogelijk van de hoeveelheid inhoudsstoffen per stam. Producties uit één stam vertonen in het gerookte eindproduct kleurnuances. Deze kleurschakeringen geven het gerookte hout een warme uitstraling.

Hout dat onder vacuüm door en door is gerookt wordt ‘kern gerookt’ genoemd en is qua kleur over het algemeen donkerder.

Bij roken van het hout ontstaan zouten die deels kunnen achterblijven. Een groot deel hiervan wordt na het rookproces geneutraliseerd. De kans is aanwezig dat achtergebleven zouten een ongewenst effect hebben op het lakwerk.

Het is belangrijk dat de gewenste lak, voor definitief aflakken van het hout en/of fineer, eerst wordt getest op het gerookte materiaal. Op deze manier kunnen ongewenste reacties tussen lak en de achtergeblevene zoutrestanten tijdig worden gesignaleerd. Informatie en goed advies kan bij een gespecialiseerde lak leverancier worden ingewonnen.

Enkele houtsoorten die worden gerookt zijn: Acacia, Beuken, Eiken, Eucalyptus, Kastanje, Kersen, Lariks en Tineo.

Het verschil tussen naturel ongerookt en behandeld gerookt hout is de donkere kleur van het gerookte eindproduct.

Een aantal houtsoorten hebben van nature een donkere kleur en hoeven niet te worden gerookt.
Alternatieve soorten voor gerookt hout zijn: Ebben, Noten, Palissander en Wengé.

Licht gekleurde houtsoorten kunnen op kleur worden gebracht met een donkere beits, lak en/of olie.

Enkele lichte houtsoorten zijn: Beuken, Eiken, Esdoorn, Essen en Grenen.